お腹 が いっぱい

Mijn nieuwe agenda voor 2014 staat vol deadlines voor de komende weken. Ik moet essays schrijven, voor toetsen leren en Kanji`s (Japanse tekens) uit mijn hoofd leren. Overal maak ik een beginnetje aan maar schuif het meeste werk vertrouwd richting de dealine. Mijn uitwisselingsprogramma duurt nog drie weken en over anderhalve maand zit ik in het vliegtuig terug naar Nederland. In mijn gedachtes ben ik veel bezig met mijn terugkomst naar Nederland, ik wil namelijk helemaal niet terug. Ik woon midden in een miljoenen stad en het bevalt me goed. Afgelopen dinsdag werd ik plotseling extra verdrietig. Ik bedacht mij toen pas dat ik al het Japanse eten ook moet gaan missen, iets waar ik gek genoeg nog niet over na had gedacht. Na de eerste maand dat ik hier woonde had ik een verschrikkelijke honger naar bruine boterhammen met kaas en aardappelen. Nu voel ik daar niets meer van. Japanners die mij vertellen dat hun lievelingseten rijst is verbaasde mij in het begin, nu eet ik zelf iedere dag rijst.

`s Ochtends op weg naar school haal ik een verwarmd blikje koffie uit een vending machine en eet een ik riceball van een conveniencestore. Meestal kies ik voor de riceball gevuld met tonijn en omringd door zeewier. Als lunch kies ik vaak voor udon: soep met dikke witte noodles. Mijn avondeten eet ik bijna altijd buiten de deur, uiteten gaan is heel betaalbaar in Japan. Als ik niet uiteten ga gooi ik wat rijst in mijn rijstkoker en eet ik een komkommer. Echt koken heb ik hier nog niet gedaan.

Ik zal eens een opsomming geven van de dingen die ik zoal gegeten heb.

Kippenhart, hier in Japan heb je voor 280yen (2 euro), 2 spiesjes met elk 3 kippenhartjes er aan geregen.
Kippenaderen, die waren erg smakelijk. Toen ik later in een Koreaans restaurant runderaderen bestelde kreeg ik kraakbeen geserveerd, dat was minder.

Paardenvlees sashimi.

Omdat ik in Osaka woon eet ik natuurlijk met enige regelmaat takoyaki . Ik heb gek genoeg pas twee keer okonomiyaki gegeten. Deze twee gerechten zijn erg populair in Osaka.

Ik ben naar een yakiniku restaurant geweest om 2 uur ‘s nachts. Een van de fijnste dingen van wonen in een grote stad in Japan zijn de openingstijden. De supermarkt bij mij om de hoek is 24 uur per dag open en er zijn genoeg restaurants die hun deuren pas om 5 uur ‘s nachts sluiten. Zo ook sommige yakiniku restaurants. In zo’n restaurant zit er een kleine barbecue verzonken in je tafel en bestel je een lading vlees. Yakiniku betekent letterlijk gegrild vlees.

Gefrituurde avocado.

Ik heb, vermoed ik, de ingewanden van een vis gegeten. Ik weet niet van welke vis en of het ingewanden waren. Het zag eruit als een gelige hersenbrei.

De binnenkant van een vissenkop, het gedeelte achter het oog was het lekkerst.

Fugu, oftewel kogelvis. Het schijnt heel duur te zijn maar ik vond er niet zo veel aan, beetje smaakloos. Ik heb die avond de rekening van het restaurant niet betaald.

Natuurlijk eet ik hier sushi, maar dan hele goed sushi. Sushi met van die tonijn die smelt op je tong. Ik heb sushi gegeten met walvis spek en garnalen die nog levend op je bord lagen. Het was een rare sensatie in mijn mond om de garnaal nog te voelen spartelen. De smaak van walvis beviel me wel.

Naast het Japanse eten, eet ik af en toe ook gaijin food. Maar daar doen de Japanners toch rare dingen mee. Een boterham belegd met aardappel en “kaas”, bijvoorbeeld.

Bij de McDonalds heb ik een garnalenburger gehaald. Van de convience store haal ik vaak de spicy chicken, dat is gefrituurde kip in een krokant en pittig jasje. Mmmm, van family mart.

Volgens mij vergeet ik nog genoeg maar nu heb je een aardig idee van wat ik zo eet. Daarnaast ben ik verslaafd geraakt aan grapefruit-sap. Ik drink het ‘s ochtends, ‘s middags en ‘s avonds met gin, om het ‘s ochtends weer te drinken tegen de kater.

  • Love
  • Save
    Add a blog to Bloglovin’
    Enter the full blog address (e.g. https://www.fashionsquad.com)
    We're working on your request. This will take just a minute...