Breien is zo hard niets voor mij. Ik vind het nochtans fijn om nieuwe steken uit te proberen, de zachte breisels te voelen. Je kan je breiwerk overal mee naartoe nemen, breien op de trein, voor tv,... Allemaal redenen waarom ik het al meerdere keren probeerde. Maar telkens vliegt een begonnen sjaals na 20cm ergens in een kast of op een vensterbank, om daar vervolgens onafgewerkt te blijven liggen. Het gaat te traag, veeeeeel te traag. En eigenlijk zit ik liever op een stoel aan een tafel dan in een zetel.
Deze keer gooide ik het over een andere boeg. In mijn hoofd kan ik namelijk keigoed weven. Ik keek al honderden filmpjes op youtube en kan uren zitten staren naar de foto's van wevers en weefsels. Dan zit ik te kwijlen bij hun prachtige kleuren, tel ik draadjes en breek ik mijn hoofd over hoe al die mooie patronen in hemelsnaam tot stand komen. Als ik ooit reïncarneer, dan zal het als wever zijn.
In dit leven echter houd ik het bij meer bescheiden, amateuristische pogingen. Onlangs kocht ik een weefgetouwtje na veel geaarzel en getwijfel. Kan ik het leren? Neemt dat niet teveel plaats? Krijg ik die zijkanten ooit goed? Deze Cricket Rigid Heddle Loom (ah ja, ik ken alleen de Engelse termen) zag ik voor het eerst op de
blog van
Purl Soho. Maar New York is wel heel ver weg om een weefgetouw te bestellen. Gelukkig vond ik het ook in Nederland, bij
Textielfabrique. Dit weekend begon ik aan mijn allereerste projectje, en een dag later was het al klaar. Ik gebruikte garen dat ik nog liggen had, van
dit en
dit. De jongste dochter mocht de kleurtjes kiezen en bijgevolg de sjaal zelf dragen.
Wat hebben we nu geleerd?
- weven is niet breien: weven gaat veel sneller, zeker wanneer je garen redelijk dik is
- weven is niet breien: het weefsel is veel minder zacht dan een breisel
- de keuze van het garen is niet simpel: het weefsel valt nogal stijf, volgende keer iets fijner proberen
- bij weven heb je behoorlijk wat verlies op je garen aan het begin en het einde: de sjaal is dus te kort
- de zijkanten krijg ik inderdaad nog niet goed: blijven oefenen